Zorgwonen

Zorgwonen is het creëren van een kleinere woongelegenheid in of bij een bestaande, hoofdzakelijk vergunde woning, zodat max. twee 65-plussers of hulpbehoevende personen kunnen wonen bij iemand die hen zorg verleent. Hierdoor kan bijvoorbeeld de partner van de oudere of hulpbehoevende mee inwonen, zonder dat deze zelf oudere of hulpbehoevende moet zijn.

Voorwaarden

Er is sprake van een zorgwoning als voldaan is aan de drie volgende voorwaarden:

  1. In of bij de bestaande, hoofdzakelijk vergunde woning wordt een kleinere, ondergeschikte wooneenheid gecreëerd.
  2. De eigendom, of ten minste de blote eigendom, op enerzijds de hoofdwooneenheid en anderzijds de ondergeschikte wooneenheid, of de grond waarop die ondergeschikte wooneenheid tijdelijk wordt geplaatst, berust bij dezelfde titularis of titularissen.
  3. De creatie van een ondergeschikte wooneenheid gebeurt met het oog op het huisvesten van:
    • ofwel ten hoogste twee personen, waarvan minstens een persoon van 65 jaar of ouder;
    • ofwel ten hoogste twee personen, waarvan minstens een hulpbehoevend (kinderen die ten laste zijn van de hulpbehoevende persoon worden niet meegerekend bij het bepalen van het max. van twee personen).

De hulpbehoevende is:

  • een persoon met een handicap,
  • een persoon die in aanmerking komt voor een tegemoetkoming van de Vlaamse Sociale Bescherming (vroeger zorgverzekering),
  • een persoon die hulp nodig heeft om zelfstandig te wonen.

De zorgverlener kan ook in de zorgwoning wonen, indien de hulpbehoevende personen gehuisvest blijven in de hoofdwoning.

Het effectief bewonen door de hulpbehoevende of 65-plusser moet binnen de twee jaar na datum van de meldingsakte gebeuren, anders vervalt de meldingsakte. Het stopzetten van het zorgwonen moet eveneens gemeld worden. Als de zorgwoning, na het beëindigen van de zorgsituatie, aangewend zal worden voor de huisvesting van meerdere gezinnen of alleenstaanden, is hiervoor een omgevingsvergunning nodig voor het wijzigen van het aantal woongelegenheden.

Uitzonderingen

Het is ook mogelijk om een zorgwoning te creëren in zonevreemde woningen en woningen die gelegen zijn binnen verkavelingen die het creëren van bijkomende woongelegenheden verbieden. Ook de mogelijkheid om een zorgwoning te melden in een bestaand, hoofdzakelijk vergund vrijstaand bijgebouw of het plaatsen van een zorgunit is zonevreemd mogelijk. Het plaatsen van een zorgunit is niet mogelijk in ruimtelijk kwetsbaar gebied, met uitzondering van agrarisch gebied met ecologische waarde, agrarisch gebied met ecologisch belang en parkgebied.

Regelgeving

Voor de creatie van een zorgwoning geldt altijd een meldingsplicht. Er zijn drie situaties mogelijk waarin zorgwonen gemeld mag worden:

  • Zorgwonen binnen het bestaande bouwvolume van de hoofdzakelijk vergunde woning is meldingsplichtig wanneer aan alle volgende voorwaarden voldaan is:
    • de ondergeschikte wooneenheid vormt een fysiek geheel met de hoofdwooneenheid;
    • de ondergeschikte wooneenheid maakt ten hoogste een derde uit van de bruto vloeroppervlakte van de volledige woning. De ruimten die gedeeld worden met de hoofdwooneenheid worden hier niet meegerekend.

Let op! Wordt de bestaande woning uitgebreid? Dan is niet een melding, maar een vergunning verplicht.

  • Nieuw vanaf 16 augustus 2021: Zorgwonen in een bestaand, hoofdzakelijk vergund vrijstaand bijgebouw is meldingsplichtig wanneer aan alle volgende voorwaarden voldaan is:
    • de bruto vloeroppervlakte van de ondergeschikte wooneenheid bedraagt maximaal 50m²;
    • er wordt geen bijkomende verharding aangelegd, met uitzondering van een strikt noodzakelijke toegang tot de ondergeschikte wooneenheid;
    • de noodzakelijke nutsvoorzieningen van de ondergeschikte wooneenheid takken aan op de bestaande nutsvoorzieningen van de hoofdwooneenheid;
    • de afvoer van het afvalwater van de ondergeschikte wooneenheid sluit aan op de bestaande waterafvoer van de hoofdwooneenheid.

Let op! Wordt het bestaande bijgebouw uitgebreid? Dan is niet een melding, maar een vergunning verplicht.

  • Nieuw vanaf 16 augustus 2021: Zorgwonen in een tijdelijke, verplaatsbare constructie is meldingsplichtig wanneer aan alle volgende voorwaarden voldaan is:
    • de tijdelijke, verplaatsbare constructie wordt volledig geplaatst binnen een straal van 30 m van de hoofdwooneenheid op hetzelfde perceel als de hoofdwooneenheid of op een perceel dat onmiddellijk paalt aan het perceel van de hoofdwooneenheid;
    • de tijdelijke, verplaatsbare constructie wordt op een van de volgende plaatsen geplaatst:
      •    in de zijtuin, al dan niet vrijstaand, tot op 3 m van de perceelsgrenzen;
      •    in de achtertuin, al dan niet vrijstaand, tot op 1 m van de perceelsgrenzen. De ondergeschikte wooneenheid kan in de achtertuin ook op of tegen de perceelsgrens geplaatst worden als ze tegen een bestaande scheidingsmuur opgericht wordt en als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt;
    • de tijdelijke, verplaatsbare constructie heeft een maximale hoogte van 3,5 m;
    • de tijdelijke, verplaatsbare constructie heeft een maximale bruto vloeroppervlakte van 50m²;
    • er wordt geen bijkomende verharding aangelegd, met uitzondering van de tijdelijke, verplaatsbare constructie zelf en een strikt noodzakelijke toegang tot de tijdelijke, verplaatsbare constructie;
    • de plaatsing van de tijdelijke, verplaatsbare constructie gaat niet gepaard met een ontbossing of het aanmerkelijk wijzigen van het reliëf van de bodem en gebeurt niet in een overstromingsgebied noch in een ruimtelijk kwetsbaar gebied, met uitzondering van agrarisch gebied met ecologische waarde, agrarisch gebied met ecologisch belang en parkgebied;
    • de noodzakelijke nutsvoorzieningen takken aan op de bestaande nutsvoorzieningen van de hoofdwooneenheid;
    • de afvoer van het afvalwater sluit aan op de bestaande waterafvoer van de hoofdwooneenheid;
    • de plaatsing is tijdelijk voor een maximale totale duur van drie jaar per hoofdwooneenheid. De duur kan met een nieuwe melding slechts een keer verlengd worden met een aanvullende periode van maximaal drie jaar;
    • binnen drie maanden na het beëindigen van de zorgsituatie, worden de tijdelijke, verplaatsbare constructie en de hiervoor aangelegde strikt noodzakelijke toegang verwijderd. 

Afhandeling

Bij de goedkeuring van jouw melding krijg je een meldingsakte. Als nieuwe bewoner moet je met die meldingsakte contact opnemen met de medewerkers van de dienst burgerzaken om de nieuwe domicilie te laten registreren. De zorgwoning krijgt geen afzonderlijk busnummer, maar wel een aparte code in het Rijksregister.